Jeruzalem – Zijne Al Heiligheid Patriarch Bartolomeus en Zijne Heiligheid Paus Franciscus gingen vandaag verder vanaf een vijftig jaar oude mijlpaal met de erfenis van hun voorgangers Paus Paulus VI en Oecumenisch Patriarch Athenagoras. In 1964 verbraken die twee kerkleiders een stilte van eeuwen en effenden zij de weg naar een groter dialoog.

Bij hun ontmoeting deze namiddag bij de Apostolische Delegatie in de Oude Stad van Jeruzalem, tekenden de globale hoofden van de Roomse en de Orthodoxe Kerken een Gezamenlijke Verklaring waarin zij hun engagement uitdrukten om te zoeken naar eenheid tussen hun beide kerkelijke lichamen. Zij drukten hun diepe bezorgdheid uit over de toestand van de Christenen in het Midden Oosten en hun fundamentele rechten burgers te blijven van hun thuisland.

14081448000_e131ecc005Wij zijn ervan overtuigd dat niet wapens, maar dialoog, vergiffenis en verzoening de enige middelen zijn om vrede te verwerven.

De Paus en de Oecumenische Patriarch  bevestigden opnieuw hun verantwoordelijkheid en verplichting op te roepen tot nederigheid en matiging opdat allen de nood zouden aanvoelen tot respect voor de schepping en dat ze die met zorg zouden beheren:

Samen bevestigen wij onze verbintenis om mensen bewust te maken  van hun rol als hoeder van de schepping; wij doen beroep op alle mensen van goede wil om een levenswijze aan te nemen die minder verspillend is en spaarzamer, om minder hebzuchtig te zijn en milddadiger voor de bescherming van Gods wereld en het welzijn van zijn mensen.

Tenslotte, benadrukten de twee kerkleiders het belang van religieus begrip en dialoog:

Wij nodigen alle Christenen uit een waarachtige dialoog aan te gaan met het Jodendom, de Islam en andere godsdienstige tradities. Onverschilligheid en wederkerig gebrek aan kennis kan enkel leiden tot wantrouwen en spijtig genoeg eventueel tot conflict. (De volledige tekst van de Gezamenlijke Verklaring vindt u hieronder)

article_18171

Gezamenlijke Verklaring door de Oecumenische Patriarch Bartolomeus en Paus Franciscus

Gezamenlijke Verklaring door de Oecumenische Patriarch Bartolomeus en Paus Franciscus

  1. Net zoals onze eerbiedwaardige voorgangers Paus Paulus VI en Oecumenisch Patriarch Athenagoras die elkaar hier in Jeruzalem ontmoetten vijftig jaar geleden, besloten ook wij, Paus Franciscus en Oecumenisch Patriarch Bartolomeus, elkaar te ontmoeten in het Heilige Land “waar onze gemeenschappelijke Heiland, Christus Onze Heer, leefde, dacht, stierf, verrees en opsteeg ten Hemel, vanwaar hij de Heilige Geest deed nederdalen op de jonge Kerk.[1] Onze samenkomst waar de Bisschoppen van de Kerken van Rome en Constantinopel, respectievelijk gesticht door de twee broeders, de Apostelen Petrus en Andreas, elkaar ontmoetten, is een bron van diepe spirituele vreugde voor ons. De voorzienigheid biedt ons deze gelegenheid aan om na te denken over de diepte en de waarachtigheid van de bestaande banden tussen ons, die dan weer de vrucht zijn van een met genade vervulde reis waarop de Heer ons begeleid heeft sinds die gezegende dag vijftig jaar geleden.
  2. Onze broederlijke ontmoeting vandaag is een nieuwe en noodzakelijke stap op het pad naar eenheid waarheen enkel de Heilige Geest ons kan leiden, naar de eenheid van communie in rechtmatige verscheidenheid. Wij zijn de Heer oneindig dankbaar voor de stappen die hij ons als toeliet te zetten. De wederzijdse omarming van Paus Paulus VI en Patriarch Athenagoras hier in Jeruzalem, na vele eeuwen van stilzwijgen, effende het pad naar een groots gebaar, het verwijderen van herinnering aan het midden het bestaan van de Kerk, aan de toenmalige wederzijdse excommunicatie in 1054. Voortaan bezochten de zetels van Rome en Constantinopel elkaar regelmatig, correspondeerden met elkaar, en later, door een besluit afgekondigd door Paus Johannes Paulus en Patriarch Dimitrios, beide wezen gezegend, werd een theologisch dialoog der waarheid ingesteld tussen Katholieken en Orthodoxen. Al die jaren leerde God, bron van alle vrede en liefde, ons naar elkaar te kijken als leden van dezelfde christelijke familie, onder een Heer en Redder, Jezus Christus, en elkaar lief te hebben, opdat wij ons geloof zouden belijden in hetzelfde Evangelie van Christus, zoals wij het ontvingen van de Apostelen en zoals het weergegeven en doorgegeven werd door de Oecumenische Concilies en de Kerkvaders. Alhoewel we er ons terdege van bewust zijn dat wij het doel nog niet bereikt hebben van de volledige gemeenschap, willen wij vandaag onze inzet bevestigen om samen op te stappen naar de eenheid waar Christus onze heer voor bad tot de Vader “opdat allen één mogen zijn” (Joh. 17:21).
  3. Ons goed bewust van het feit dat eenheid gemanifesteerd wordt in liefde voor God en de medemens, kijken wij vol verlangen uit naar de dag waarop we samen zullen aanzitten aan het Oecumenisch banket. Als Christenen, worden wij geroepen om ons voor te bereiden om de gave van de Eucharistische Communie te ontvangen, naar de leringen van de Heilige Irenaeus van Lyon, door de belijdenis van ons geloof, voortdurend gebed, innerlijke verandering, vernieuwing van het leven en broederlijke dialoog. Door dit gehoopte doel te bereiken, zullen wij de wereld de liefde van God tonen waardoor wij erkend worden als ware volgelingen van Jezus Christus (cf. Joh. 13:35).
  4. De theologische dialoog ondernomen door de Verenigde Internationale Commissie is hiervoor een fundamentele bijdrage in de zoektocht naar volledige gemeenschap onder Katholieken en Orthodoxen. Doorheen de opeenvolgende perioden van de Pausen Johannes Paulus II en Benedictus XVI, en Patriarch Dimitrios, was de vooruitgang geboekt door de theologische bijeenkomsten aanzienlijk. Vandaag  drukken wij onze warme waardering uit voor wat tot op heden bereikt werd als ook voor de inspanningen die momenteel geleverd worden. Het gaat hier niet zomaar om een theologische oefening, maar om een oefening in waarheid en liefde die een nog diepere kennis vraagt van elkaars tradities om ze te begrijpen en om eruit te leren. Daarom bevestigen wij eens te meer dat de theologische dialoog niet zoekt naar de kleinste gemene deler waarop een compromis kan gevonden worden, maar naar het verdiepen van inzicht in de hele waarheid die Christus gegeven heeft aan zijn Kerk, een waarheid die wij steeds beter gaan begrijpen als wij de ingevingen van de Heilige Geest volgen. Daarom bevestigen wij samen dat onze trouw aan de Heer vraagt om een broederlijke bijeenkomst en ware dialoog. Een dergelijke gezamenlijke bezigheid leidt ons niet weg van de waarheid; maar door een uitwisseling van gaven, door de leiding van de Heilige Geest, zal dit ons leiden naar de totale waarheid (cf. Joh. 16:13).
  5. Maar terwijl wij deze reis ondernemen naar volledige gemeenschap hebben wij reeds de plicht om algemene kennis over te dragen over de liefde van God voor alle mensen door samen te werken in dienst aan de mensheid, vooral door de menselijke waardigheid te verdedigen in elke fase van het leven en de heiligheid van het gezin gestoeld op het huwelijk, door vrede te promoten en het algemeen belang, en door te reageren op het lijden dat de wereld blijft teisteren. Wij erkennen dat honger, armoede, analfabetisme, de ongelijke verdeling van bronnen voortdurend moet bestreden worden. Het is onze plicht om samen te bouwen aan een rechtschapen menselijke gemeenschap waarin zich niemand uitgesloten of verworpen voelt.
  6. Het is onze diepe overtuiging dat de toekomst van de menselijke familie ook afhangt van hoe wij het geschenk dat onze Schepper ons heeft toevertrouwd zullen behoeden. Dit moet zowel voorzichtig als met mededogen gebeuren, rechtvaardig en billijk. Daarom erkennen wij met berouw de verkeerde behandeling van onze planeet, iets wat gelijk staat met zonde in de ogen van God. Wij benadrukken nogmaals onze verantwoordelijkheid en verplichting om op te roepen tot matiging opdat allen de nood mogen voelen om de schepping te eerbiedigen en ze met zorg te behoeden. Samen smeken wij onze gemeenschap zich bewust te worden van ons voogdijschap van de schepping; wij doen beroep op alle mensen van goede wil om te zoeken naar minder verspillende en meer spaarzame manieren van leven, minder hebzuchtig te zijn en guller voor de bescherming van Gods wereld en het welzijn van Zijn volk.
  7. Er is eveneens een dringende nood aan een effectieve en toegewijde samenwerking van Christenen om het recht te behouden hun geloof openlijk te belijden en om behoorlijk behandeld te worden wanneer ze dat naar voorbrengen wat het Christendom blijft aanbieden aan de hedendaagse gemeenschap en cultuur. Hierom nodigen wij alle Christenen uit om een waarachtige dialoog te promoten met Jodendom, Islam en andere religieuze tradities. Onverschilligheid en wederzijds onbegrip kan enkel leiden tot wantrouwen en zelfs tot conflicten.
  8. Vanuit deze heilige stad Jeruzalem, drukken wij onze gedeelde en diepe bezorgdheid mede over de toestand van de Christenen in het Midden Oosten en over hun recht om volwaardige burgers te blijven in hun thuisland. Wij richten ons vol vertrouwen tot de almachtige en genadige God in gebed voor vrede in het Heilig Land en in het Midden Oosten in het algemeen. Wij bidden vooral voor de Kerken in Egypte, Syrië en Irak, die zeer zwaar geleden hebben door de recente gebeurtenissen. Wij moedigen alle partijen aan, ongeacht hun godsdienstige overtuiging om verder te werken aan verzoening en een rechtvaardige erkenning der mensenrechten. Wij zijn ervan overtuigd dat niet wapens, maar dialoog, vergiffenis en verzoening de enige manieren om vrede te bekomen.
  9. In een historische context gekenmerkt door geweld, onverschilligheid en egoïsme, hebben veel mannen en vrouwen vandaag het gevoel dat zij het noorden kwijt zijn. Het is door onze gemeenschappelijke getuigenis van de Blijde Boodschap dat wij in staat kunnen zijn de mensen van onze tijd te helpen om de weg terug te vinden die naar de waarheid leidt, naar rechtschapenheid en vrede. Verenigd in onze intenties, en herinnerend aan het voorbeeld dat vijftig jaar geleden hier in Jeruzalem gegeven werd door Paus Paulus VI en Patriarch Athenagoras, roepen wij alle Christenen op, samen met de gelovigen van alle religieuze tradities en alle mensen van goede wil, de dringende noodzaak te erkennen tot verzoening te komen en eenheid van de menselijke familie, in volle eerbied voor de gewettigde verschillen, en dit in het belang van heel de mensheid en van de volgende generaties.
  10. Bij het gezamenlijk ondernemen van deze pelgrimstocht naar de plaats waar onze Heer Jezus Christus werd gekruisigd en begraven en waar Hij is verrezen, dragen wij onze komende stappen naar volledige eenheid op aan de tussenkomst van de Heilige en Eeuwige Maagd Maria, en vertrouwen wij aan Gods oneindige liefde de hele menselijke familie toe.

“Moge de Heer zijn licht op u laten schijnen, en u genadig zijn ! De Heer kijkt genadig op u neer en schenkt u vrede!” (Num. 6:25-26).

 

©2015 Orthodoxe Parochie Brugge.
Top
Zoeken: