HEILIGE EN GROTE ZONDAG VAN PASEN
PASEN : DE VERRIJZENIS VAN ONZE HEER
CHRISTUS IS VERREZEN!! HIJ IS WAARLIJK VERREZEN!
Wij wensen u allen zalig Paasfeest toe!
Christus is Verrezen!
HET MYSTERIE VAN CHRISTUS VERRIJZENIS
De kernboodschap, de essentie van het Christendom is weergegeven in de kreet tijdens de Paasnacht: “Hij is waarlijk verrezen !”
In het licht van Pasen is het voortaan dat Jezus van Nazareth zich openbaart. Van de Verrezen Christus zijn de christenen voortaan de geloofsgetuigen. Zij beleven Zijn tegenwoordigheid in de Liturgie en de Sacramenten. Zij herkennen Zijn Gelat in het delen en de dienstbaarheid. De ganse christelijke theologie, de 2000-jarige traditie is één onophoudelijke meditatie van dit “Enig Noodzakelijke”; op verschillende manieren en accenten beleefd in de christelijke kultuur. Of het nu is in de theologie van de concilies, of de bijbelexegese of de theologie van de Liturgie en de Sacramenten, of in de christelijke hymnografie of in de spirituele ervaringen van de heiligen.
Altijd en overal is het mysterie van Christus het christelijke gegeven bij uitstek in wie alle symbolen samenvallen en van waaruit gans de rijkdom van de kerktraditie voortvloeit.
Alles in de Kerk verwijst naar Christus en krijgt betekenis door Hem. De taal van de theologie, van de ikoon of van de Liturgie hebben een christologisch fundament.
Omdat het Woord van God de menselijke natuur in zijn oorspronkelijkheid heeft aangenomen en vernieuwd in Zichzelf kan de menselijke taal voortaan doeltreffend zichzelf formuleren. De vernieuwde mens kan door de H. Geest spreken tot de Vader, hij kan spreken van Christus, en kan spreken in de Geest van de Waarheid en van het Leven.
In het hart van Christus’ Mysterie en van zijn heilshistorisch werk situeert zich het Mysterie van Pasen. Het unieke mysterie van een offerende liefde van de Heilige Drieëenheid, het enige Mysterie dat zich laat onthullen door het lijden en de verheerlijking van Jezus; in de vernedering en de verheffing van de Zoon van God, in de “doortocht” van Pasen, van de dood naar de Verrijzenis. Een paradox of onverdraaglijke contradictie vallen op een onuitsprekelijke wijze samen: het overwinnende Kruis, het levendmakende Graf, de trimfantelijke Nederdaling in de hades en de wonden van de Verrezene.
De aloude christelijke traditie wil dat de catechumenen gedoopt worden tijdens de Paasnacht, omdat door de onderdompeling (de dood) en het opstijgen (verrijzenis) de paradoxale eenheid van het verlossingsmysterie wordt uitgedrukt. Gij allen die Christus zijt gedoopt, gij hebt Christus aangedaan. Gij zijt gestorven en verrezen met Hem.
De Verrijzenis van Christus is voor de orthodoxe christenen “het Feest der Feesten”, zoals Gregorius van Nazianze Pasen noemt, en de feestikoon van deze dag overstijgt alle andere in betekenis. Voor de Verrijzenis kan op verschillende gebeurtenissen beroep worden gedaan: de Myrrhondragende Vrouwen bij het lege graf, Petrus bij het lege graf, Christus’ verschijningen na de Verrijzenis zoals aan de Apostelen, aan Thomas of bij het meer van Tiberias. Maar de voorstelling bij uitstek van de Verrijzenis is de Nederdaling in de hades. De gebeurtenis is niet vermeld in het Evangelie, en slechts onrechtstreeks in de prediking van Petrus op Pinksterdag (Hand. 2, 14-38). In de Nederdaling in de hades laat de orthodoxe ikonograaf op de meest diepzinnige wijze de essentie zelf van de Verrijzenis uitdrukken: overwinning op de dood en redding van allen die sinds Adam daarop hadden gewacht.
De compositie van het tafereel bestaat uit een aantal steeds weerkerende elementen: doorbraak van de rotsbodem der aarde, verbrijzeling van de poorten der onderwereld, het optillen daaruit van het eerste mensenpaar Adam en Eva, en een wisselende grote schare van oud-testamentische figuren waaronder steeds David en Salomon maar ook soms Johannes de Voorloper, die in de nu geopende onderwereld toezien op het gebeuren.
De grote en heilige Paasnacht betreden wij in stilte om uit te barsten in een vreugde die onbeschrijfelijk is. Al onze menselijke limieten verstommen bij de kreet: “Hij is waarlijk verrezen !” De H. Johannes Chrysostomos verwoordde het zo meesterlijk in zijn catechetische preek. Pascha dat betekent: doorgang of doortocht.
De Joden kenden ook een Pascha en dat was de doorgang van slavernij naar het Beloofde Land. Een doortocht die veertig jaar duurde. Het christelijke Pascha is een doortocht die wij met ons menselijke verstand niet kunnen begrijpen. Christus is het Pascha, Pascha is Christus ! Van de dood naar het Eeuwige Leven. Wie kan sterven en toch eeuwig leven, tenzij Hij die van in den beginne het Eeuwige Leven bezit.
Nog nooit is het bloed van een mensenkind God aangenaam geweest. God wilde niet het offer van Isaaks zoon aanvaarden als brandoffer, maar liet in de plaats van zijn dierbare zoon een ram slachten. Het definitieve Pascha was alleen voorbestemd voor de Zoon van God. Hij alleen kon de hemelen ontsluiten voor ons. Dit Mysterie kunnen we alleen maar benaderen in vreze Gods in geloof en in liefde !
Vooraleer wij tijdens de Paasnacht “Christus is verrezen” vele malen horen uitroepen, zijn wij een week lang Christus tot in het dieptepunt gevolgd. Wij hebben Hem aanschouwd in de vernedering en de ontlediging. Wij herkennen Hem nog in de wanhopige die roept: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten ?” Zijn onze verwachtingen niet gesmooord door het kruis dat wijzelf in ons eigen leven dragen ? De ontgoocheling van de Emmaüsgangers lijkt zich van ons meester gemaakt te hebben. Hebben ook wij gehoopt op het Kruis ? Hoe we onszelf ook zouden inspannen om het kruis te dragen: Hij is het die het draagt tot het uiterste. Geef uw bloed en ontvang de Geest; geef uw kruis en ontvang de Verrijzenis. Hebben wij de ontlediging van iemands voeten te wassen volbracht ? Hebben wij Hem liefgehad zoals Hij afdaalt naar elke zondaar ? Zeggen wij ook nù nog: ik ken Hem niet ?
Op Paasmorgen ontdekken eerst de vrouwen het lege graf. Zij zijn de eersten die het geloof in de Verrijzenis doorgeven aan de Apostelen. Zij zijn de moeders van het geloof, ook nù nog. De Moeder Gods is de Eerste die wijst naar Hem. De vrouwen geloofden in de Verrezen Heer omdat zij met liefde de wonden van hun gestorven Heer hadden gebalsemd. Met liefde hebben zij het goede nieuws gebracht. Met liefde zijn kruis en wonden dragen dragt in zich het goede nieuws dat Hij verrezen is. O Pascha, Gij verlossing uit de droefheid ! Pascha, dat ons allen weer heiligt ! Pascha dat ons het Paradijs weer openstelt ! (2e Paashymne)
Gisteren werd ik met U begraven, O Christus, vandaag word ik met U in de Opstanding mede opgewekt. Gisteren werd ik met U gekruisigd, Gijzelf, verheerlijk mij met U in Uw Koninkrijk (Paascanon).
Laat ons elkaar vol vreugde omhelzen en laat ons elkander omarmen en roepen: Christus, verrezen uit de doden, door de dood overwon Hij de dood en schenkt het leven terug aan hen in het graf !
Vader Bernard