De Fresco’s of muurschilderingen
De fraaie muurschilderingen (fresco’s) met de rijke, typische iconografie werden vervaardigd door de Russische kunstenaar Yaroslav Dobrynine, uit Moskou. Hij beschilderde verschillende kloosterkerken in Frankrijk, maar ook de orthodoxe kerk in Gent.
De Russische kunstenaar Yaroslav Dobrynine van de iconenschool Moskou is hier meer dan een jaar aan het werk geweest om de schilderingen met de rijke, typische iconografie te realiseren.
Zo startte hij in februari 2008 op verzoek van de orthodoxe parochie met het schilderen van fresco’s. Hij is een Rus afkomstig uit Moskou. Hij beschilderde reeds verschillende kerken in kloosters te Frankrijk, alsook de orthodoxe kerk van Gent. Zijn werk alhier voltooide hij in verschillende fases.
Deze staat symbool voor de kerk. De Moeder Gods is afgebeeld in gebedshouding met haar twee armen opgeheven. Het Jezuskind wordt voorgesteld in een medaillon voor de schoot van zijn Moeder. Op mysterievolle wijze opgehangen schijnt het aan de wetten van de zwaartekracht te ontsnappen. Het heelal kan de God niet omvatten die in de schoot van de Maagd vervat is. Men kan de toespeling op de passage bij de profeet Jesaja niet ontkennen: ‘Daarom zal de heer zelf u een teken geven; zie, de jonge maagd is zwanger, ze zal een zoon baren en ze zal Hem de naam Emmanuel geven’ (Jes.7,14), wat wil zeggen: ‘God is met ons’. Het gezicht van het Kind is dat van een volwassene met een groot voorhoofd vol wijsheid.
Daaronder zijn er enkele kerkvaders afgebeeld, bisschoppen uit de eerste eeuwen van de Kerk: de Heilige Johannes Chrysostomos, Aartsbisschop van Constantinopel (ca. 345-407), de Heilige Basilios de Grote, Aartsbisschop van Cesarea in Cappadocië (330-379), de Heilige Gregorios de Theoloog (329-390), de Heilige Gregorios de Grote (ca. 540-604) of ook wel Dialogos genoemd, de Heilige Ignatius van Antiochië, ook Theoforos of Goddrager genoemd (+ ca. 107) en de Heilige Nikolaas van Myra, de wonderdoener (280-352). Al deze kerkvaders worden afgebeeld met liturgische gewaden, die de Goddelijke Liturgie meevieren.
Voor de rechtermuur zijn bovenaan rechts zes grote feesten afgebeeld: de Geboorte van Christus, de Doop van Christus, de Transfiguratie, de Kruisiging, de Verrijzenis en tenslotte de Hemelvaart. Onderaan zijn een twaalftal mannelijke heiligen, bisschoppen, martelaren en monniken geschilderd. Waaronder de Heiligen Apostel Paulus, Vladimir van Kiev, Spyridon de wonderdoener van Trimyton, Sava van Servië, Nectarios van Pentapolis, Georgios de trofeedrager, Dimitrios de Myronvloeier, Panteleimon de Barmhartige, Bavo monnik en patroon van Gent, Joos en Serafim van Sarov uit Rusland.
Voor de linkermuur, tussen de vensters worden twee grote feesten afgebeeld: het feest van Pinksteren en de Boodschap aan de Moeder Gods. Daaronder bracht hij er 13 vrouwelijke heiligen aan maar bij gebrek aan plaats alleen met hun gezicht afgebeeld. Zo schilderde hij er de Heiligen Elisabeth, Anna, Ekaterina, Barbara, Justina, Maria van Egypte, Sophia, Euphemia, Nina en als lokale Heilige, de Heilige Godelieve van Gistel.
Is er in het midden een fresco van de Heilige Drie-eenheid, die de eenheid afbeeldt van God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Deze afbeelding wordt ook wel geassocieerd met de Gastvrijheid van Abraham of ook wel Filoxenia genoemd.
Ze worden afgebeeld gezeten aan een tafel met eetgerei, verwijzend naar de eucharistische maaltijd. De kelk die op tafel staat verwijst naar het offer van Christus; zo verwijst het oudtestamentische verhaal een voorafspiegeling van het Nieuwe testament.
Rechts en links naast de Heilige Drie-eenheid ziet men afgebeeld de uitreiking van de H. Communie aan de Apostelen door Christus zelf. Aan de ene kant reikt Hij het Brood aan en aan de andere kant de Kelk en verwijst zo naar de H. Communie die zowel als Brood (Zijn Lichaam) en als Wijn (Zijn Bloed) dient ontvangen te worden. Dit zal het dienstwerk van Christus als ‘Opperste Offeraar’ onderlijnen.
Tenslotte eindigde hij zijn werk achteraan in de kerk boven de ingangsdeur waar hij nog vier mannelijke Heiligen schilderde en vier vrouwelijke heiligen.
De vier mannelijke Heiligen zijn voorbeelden van de ascese en het hesychasme. Hesychasme dit woord komt uit het Grieks en betekent stilte of het leven in eenzaamheid. Het hesyschasme is een diepzinnige, bijzondere ascetische-mystieke beweging die op de Athos berg is ontstaan en zich daaruit verspreidde onder Griekse en Russische monniken. Het hesychasme wordt ook wel het ‘Palamisme’ genoemd, naar de aartsbisschop Gregorios Palamas van Thessaloniki hier ook voorgesteld.
Het hesychasme richt zich vooral op kwestie van het geloof, het gebed en het innerlijk leven van de mens. Zo schilderde hij er aan de rechterkant als je de kerk binnenkomt de Heilige Antonius de Grote, de Heilige Athanasios van de Athosberg, de Heilige douanes van Damaskus en de Heilige Gregorios Palamas, Aartsbisschop van Thessaloniki.
Aan de linker kant schilderde hij de Heilige Maria Magdalena, de Heilige Makrina, de Heilige Pelagia en de Heilige Irina.
Tussen deze twee groepen Heiligen werd het epithaphion aangebracht op haar gebruikelijke plaats. Het epithaphion is een heel mooi versierde doek met de afbeelding van de Graflegging van Christus. In de periode van de grote vrijdag tot de paasnacht ligt deze doek voor de iconostase in de kerk als symbool voor Christus die in zijn graf ligt. In de paasnacht wordt het doek naar het altaar gedragen en tot Hemelvaart wordt de Goddelijke Liturgie op dit epithaphion gevierd.