Interview met aartsbisschop Nikitas:
“De enige echte hoop en oplossing is Christus.”
Hoe voelde u zich toen u werd geïnformeerd dat de Heilige Synode van het Oecumenisch Patriarchaat u tot de volgende aartsbisschop van Thyateira en Groot-Brittannië heeft gekozen?
Ik werd midden in de nacht opgebeld en kreeg te horen dat ik werd gekozen tot aartsbisschop van Thyateira en Groot-Brittannië. Eerst dacht ik dat ik aan het dromen was. Terwijl de realiteit begon door te dringen, belde ik mijn broer en deed ik langzaam een paar andere telefoontjes. Nadat ik van de eerste schok was bekkomen, belde ik de Kerkvaders van de Heilige Athos berg en vroeg om hun gebeden. Ik vroeg één van hen om naar de icoon van de “Axion Estin” te gaan en de Theotokos te vragen mijn stappen op het pad van waarheid en liefde te leiden.
Terwijl ik zat te denken, begon ik de enorme taak te begrijpen die mij werd aangeboden. Ik dacht aan mijn onwaardigheid en vroeg me af hoe ik moest beginnen. Natuurlijk was ik ook ontroerd door het feit dat ik werd geselecteerd door de Oecumenische Patriarch voor deze grote eer. Het is inderdaad een grote eer maar brengt ook grote uitdagingen met zich mee.
Welke zijn uw belangrijkste prioriteiten en aandachtspunten die u van plan bent om te volgen na uw troonsbestijging?
Ik denk dat de hoogste prioriteit onderwijs is, op veel niveaus. Ten eerste moeten we de geestelijkheid helpen en hen beter voorbereiden op het dienen van de mensen. We moeten hen de juiste middelen bieden om te voldoen aan de groeiende en dringende behoeften van de gemeenschap. We staan tegenwoordig voor zoveel nieuwe en zich ontwikkelende problemen – we moeten in staat zijn om daarop te reageren en een orthodox antwoord te bieden – een antwoord gebaseerd op de traditie van ons geloof.
We moeten ook onze mensen opleiden, zodat ze weten wat we echt geloven. Te vaak denken mensen dat ze weten wat we geloven, maar ze hebben geen duidelijk begrip van onze doctrines. Ik heb al met de geestelijkheid gesproken over het beginnen met een programma van ‘volwasseneneducatie’. Via de bestaande scholen voor de kinderen (zowel de Catechetische en Griekstalige scholen), kunnen we ook de waarheden delen die aan ons zijn toevertrouwd. We moeten kijken om het opleidingsniveau van onze gemeenschap te verhogen, zodat zij begrijpen wie zij zijn als orthodoxe christenen.
Ik geloof ook dat het nodig is, zo niet noodzakelijk, is om het grote publiek te informeren over de Orthodoxe Kerk. Veel mensen hebben van ons gehoord, maar zij weten niets over ons. We moeten de deuren openen en delen wat we hebben.
U hebt eerder in Azië en in de Verenigde Staten gediend; hoe hebben die ervaringen u voorbereid op het dienen van de noden van de Orthodoxe gelovigen in Europa?

Samen met uw verkiezing hebben de recente intronisaties van de Aartsbisschoppen Elpidophoros (Verenigde Staten) en Makarios (Australië) nieuw leven ingeblazen in de Kerk en met name in het oecumenisch patriarchaat. Hoe ziet u deze hiërarchische veranderingen in de evolutie van de Kerk, in de intra-orthodoxe relaties van de Phanar in de toekomst?
Het is interessant om op te merken dat de drie verkiezingen voor Engels sprekende eparchies waren. Hoewel we elk onze eigen uitdagingen hebben, delen we veel dingen met elkaar, vooral over kwesties rond de jongere generaties, het gebruik van taal, vertalingen en nog veel meer. Hopelijk kunnen we hun behoeften aanpassen in een taal die ze begrijpen. Hiermee bedoel ik niet Engels, ik bedoel dat we de instrumenten van taal moeten gebruiken – uitdrukkingen, idiomatische uitdrukkingen, communicatiemiddelen, sociale media en nog veel meer waar ze dagelijks mee omgaan en gebruiken.
Ik kom uit een land waar we bekend zijn met intra-orthodoxe relaties, oecumenische activiteiten, zelfs interreligieuze dialoog en ik geloof dat mijn bekendheid met deze in mijn nieuwe bediening als een grote hulpbron voor mij zal dienen. Ik kan mijn ervaring en deze middelen gebruiken om andere orthodoxe christenen en mensen van andere tradities te omarmen en met hen samen te werken. Het Verenigd Koninkrijk is een samenleving van verschillende volkeren, identiteiten en tradities – ze moeten over ons leren en we moeten er meer over leren. Ik heb namens het Oecumenisch Patriarchaat enkele dingen gedaan, vooral op het gebied van mensenhandel en moderne slavernij, met de Anglicaanse Kerk en de aartsbisschop van Canterbury. Dit is een overtreffen van onze kant en een teken dat we iets te bieden hebben in deze bediening. We hebben een partnerschap opgezet en opgebouwd – we zijn allemaal van plan om meer te bouwen.
Ik geloof dat het Oecumenisch Patriarchaat ons heeft gekozen (de nieuwe aartsbisschoppen), in de hoop dat we onze bedieningen kunnen uitbreiden en een boodschap van hoop kunnen brengen aan de wereld. Wij zijn de stem van de Phanar buiten Turkije.
Nikodemos
“De orthodoxe wereld”